Backgammon regels zijn eenvoudig te volgen zodra je er een goed aantal van hebt gelezen en een beginnerwedstrijd tegen een tegenstander hebt gespeeld. Backgammon regels zijn te vinden op het Internet en ook in een verscheidenheid van spellenboeken, die gevonden kunnen worden in de bibliotheek of boekhandel. Om met een goed begrip van het spel te beginnen, beginnen backgammon regels meestal met het doel van het spel.

Het doel van backgammon is om al je stukken te verplaatsen naar je home board area en ze dan af te dragen. Je kunt denken, “Wat betekent dat ‘afdragen’?” Je stukken afdragen betekent gewoon dat je je stuk of damschijf van het spelbord afhaalt. In de backgammon regels staat ook dat er een fase in het spel is waarbij een speler al zijn damschijven in het binnenste gedeelte van het spelbord heeft en kan beginnen aan het afhalen van hun damschijven. Dit verwijst naar de afdraagfase van het spel. De regels van backgammon zeggen dat de eerste persoon die al zijn stukken afdraagt, het spel wint. Dus hoe ga je spelen? Hieronder vindt je een lijst van een aantal backgammon regels die gewoonlijk worden nageleefd wanneer iemand dit spel wil spelen.

De stukken verplaatsen
Aan het begin van een spel moet volgens de regels elke speler een dobbelsteen gooien. Wie het hoogste aantal ogen gooit, gaat eerst. De backgammon regels stellen dat als beide spelers hetzelfde getal op de dobbelsteen gooien, zij opnieuw moeten gooien tot verschillende ogen worden weergegeven. De speler met het hoogste aantal beweegt dat aantal plekken op het bord. Na de eerste worp gooien de tegenstanders voor de rest van het spel met twee dobbelstenen en spelen om de beurt.

Het nummer op de dobbelsteen is het aantal punten, ook wel aangeduid als pips, dat een speler zijn damschijven kan verplaatsen. De damschijven worden altijd vooruit geplaatst, blijvend bij een laag genummerd cijfer.

De backgammon regels voor het spel omvatten:

1. Een speler mag zijn damschijf alleen verplaatsen naar een plek die vrij is, wat betekent dat twee of meer tegengestelde damschijven die plek niet kunnen bezetten.

2. De getallen die worden weergegeven op de twee dobbelstenen tellen als twee afzonderlijke verplaatsingen. Als een speler een 6 en een 2 gooit, dan kan hij één damschijf zes plaatsen opschuiven naar een vrij punt en een andere damschijf twee plaatsen naar een plek die vrij is. De speler kan er ook voor kiezen om een damschijf in totaal acht plaatsen te verplaatsen naar een open plek. Backgammon regels stellen dat deze stap alleen gemaakt kan worden wanneer drie of vijf plekken vrij zijn vanaf het startpunt.

3. Als je dubbel gooit, moet een speler het dubbele van het getal dat door de dobbelsteen wordt weergegeven spelen. Bijvoorbeeld, als twee drieën worden gegooid, zou de speler in totaal 4 verschillende keren drie plekken kunnen verplaatsen. De backgammon regels stellen dat deze stap kan worden uitgevoerd op elke wijze die de speler geschikt vindt voor het getal dat werd gegooid.

4. Na het gooien van de dobbelstenen moet een speler beide gegooide nummers spelen. Alle mogelijke stappen moeten worden gezet. In het geval dat alleen één getal kan worden gespeeld, moet dit gebeuren. Indien beide getallen kunnen worden gebruikt, maar niet allebei tegelijk, moet je het hoogste getal gebruiken. Een speler verliest zijn beurt wanneer geen van de twee getallen kan worden gespeeld. In de backgammon regels staat dat in het geval van dubbel gooien, er zoveel mogelijk stappen moeten worden gespeeld tijdens die beurt.